aanspraak maken op (v) (opeisen) | esigere (v) (opeisen) |
aanspraak maken op (v) (Geld) | richiedere (v) (Geld) |
aanspraak maken op (v) (opeisen) | pretendere (v) (opeisen) |
aanspraak maken op (v) (opeisen) | reclamare (v) (opeisen) |
aanspraak maken op (v) (Geld) | esigere (v) (Geld) |
aanspraak maken op (v) (Geld) | reclamare (v) (Geld) |
aanspraak maken op (v) (Geld) | pretendere (v) (Geld) |
aanspraak maken op (v) (opeisen) | richiedere (v) (opeisen) |